nieuwsbrief_14_interview
Wa doen ze nou?
In de historie van het Osse carnaval is al een grote bonte stoet mensen langs getrokken. Mensen binnen de SCVO, mensen van daarbuiten. Veel oud-SCVO medewerkers zijn niet meer zo duidelijk 'in the picture'. Soms vieren ze nog vol overgave carnaval, soms helemaal niet meer. In deze rubriek worden ze weer voor het voetlicht gehaald en vraagt de redactie zich af: Wa doen ze nou? In deze aflevering blikken we terug op carnaval met Hofjuwelier Frans van Bakel
Wat doet Frans van Bakel nou?
Ik tref Frans thuis aan terwijl vrouw Truus druk in de weer is met het maken van de nieuwe pakjes voor de Prinsengarde. Niet dat hij zich verveelt, al steekt Frans wel wat minder tijd in carnaval dan eerst. Maar nog steeds is hij de Hofjuwelier en in die hoedanigheid verantwoordelijk voor alle onderscheidingen die bij de SCVO uitgereikt worden. Dat zijn heel veel medailles voor zowel grote als kleine Prins en natuurlijk ook de bijzondere onderscheidingen als de Orde van Verdienste en de Gouden Ossekop.
Frans draait al een tijdje mee, vanaf 1967 om precies te zijn. Op de verjaardag van zijn broer kwam hij toevallig Bertus van de Donk tegen die in die tijd President was van de Vrolijke Vagebonden. Diezelfde avond zijn twee broers lid geworden, een zus een jaar later. De Vagebonden bestonden toen al een tijd; een jaar later werd het 15-jarig jubileum gevierd. Frans weet dat nog precies, want op de vrijdag ervoor trouwde hij zijn Truus. De dag erop (het jubileum van de Vagebonden) moest hij al om 10 uur alle cadeaus uit de zaal weg hebben omdat er opgebouwd moest worden voor die avond. Maar ach, het was voor carnaval en dan is het niet erg. Frans werd dan ook al snel lid van de Raad van 11 van de Vagebonden en zelfs Penningmeester.
In 1978 werd Frans gevraagd om adjudant te worden van Theo I. Bijna was hij dat niet geworden, maar Hans van de Veerdonk was net President geworden bij de Vagebonden en kon het dus niet maken om al meteen weer weg te zijn en adjudant te worden. Jules Koops wist nog wel iemand. Een gouden keuze, want na een eerste adjudantschap volgde een tweede. Bij wederom Theo I die door de nieuwe President van de SCVO, Jos van Erp, was gevraagd om nog een keer Prins te worden. En met natuurlijk Frans weer als adjudant. Alleen had niemand er aan gedacht dat aan hem te vragen zodat Frans dit pas drie weken van te voren wist…
Hij had het zo goed naar zijn zin bij de SCVO dat hij toetrad tot de Raad van 11 van de SCVO. Vandaaruit was het al vrij snel handen uit de mouwen bij wat later de Technische Commissie (TC) zou gaan heten. Daar komen ook wel mooie herinneringen uit voort. Vooral het opbouwen van de Pronkzitting in de sporthal. Vanaf woensdag bouwen, alles in orde maken en later weer afbreken. Veel werk, maar dat was niet erg: het resultaat was goed en de onderlinge samenwerking prima. Maar de Raad van 11 zoals die bestond ging stoppen. Tot verdriet van de leden (en sommigen vonden het heel erg vervelend!) besloot Jos van Erp met zijn bestuur dat het tijd werd voor verjonging. Frans was als gevolg van een ongeluk niet bij die laatste vergaderingen aanwezig, maar had natuurlijk wel te maken met de uitkomst: de huidige Raad van 11 hield op te bestaan. Achteraf gezien zegt Frans hierover dat het geen verkeerde beslissing is geweest, maar leuk was het niet. Toch bleef hij wel betrokken. Vanaf 1987 werd hij benoemd tot Hofjuwelier, een functie die hij overnam van Rini van Leur. Zo’n beetje alle onderscheidingen zijn sinds 1987 door zijn handen gegaan. In de eerste jaren ook nog door de handen van de President. Die bepaalde tenslotte voor een groot gedeelte wie er wel en wie er niet een onderscheiding kreeg. Nu gaat het anders, maar je hoort Frans niet praten over slechter of beter. Anders, dat wel.
Tijdens ons gesprek wordt natuurlijk een aantal herinneringen opgehaald. Ook over de mooiste herinneringen. Het samenwerken binnen de TC was al genoemd, maar wordt misschien nog wel mooier geïllustreerd aan de hand van het verhaal over het Dweilen. Iedere Dweilmaondag was de TC op pad, de dames apart op sjouw, om samen een hoop lol te maken. En dan wel op tijd ergens afspreken om samen te eten. Vaak ook met de moeder van Jos van Erp erbij. Die ging (tot op hoge leeftijd, AB) gezellig mee, want zij was ook onze 'Oma', aldus Frans. Dat tekent de sfeer binnen de TC, maar ook hoe Frans kijkt naar het carnaval. Het carnaval waar hij gelukkig ook nog steeds volop aan meedoet. Tegenwoordig woont hij in het centrum en dat maakt het gemakkelijker tijdens een feestje een pilsje te nemen. Een goed voornemen, zo aan het begin van het nieuwe jaar. En dan samen met Truus, want, zo zegt hij nadrukkelijk, zonder Truus had ik dit nooit allemaal kunnen doen. Maar ja, zoals ik al zei: ze is zelf ook nog volop bezig met carnaval. En met een knipoog: “Ze laat me mooi weer de hele dag alleen zitten".
Alphons Bakker